Direct naar artikelinhoud
InterviewJeffrie Quarsie

‘Ik moest psychologische klachten verzinnen om kans te maken op een naamswijziging’

In 2019 veranderde Jeffrie Buckle zijn achternaam in Quarsie. Want, stelt hij, dat was de enige manier om te breken met het slavernijverleden van zijn familie. Maar makkelijk ging dat niet.

Jeffrie QuarsieBeeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

‘Ik moest de ketting doorbreken. Mijn oorspronkelijke achternaam is aan mijn voorouders opgedrongen met een zweep. Zo’n naam wil ik niet doorgeven aan mijn kinderen en kleinkinderen’, zegt Jeffrie Quarsie (31). Omdat hij niet telkens herinnerd wilde worden aan het slavernijverleden van zijn familie, wijzigde de Arnhemse GGD-arts in 2019 zijn naam. Maar makkelijk ging dat niet. ‘Daarom ben ik blij dat het kabinet luistert naar de oproep van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme om het wijzigingsproces eenvoudiger te maken.’

In zijn jeugd was het slavernijverleden ‘niet echt een onderwerp’, vertelt Quarsie – die tot drie jaar geleden Buckle heette. Maar toen hij in 2016 familie van zijn vader in Ghana bezocht, besloot hij toch maar eens te informeren naar zijn familiegeschiedenis bij een oude tante. ‘Ik was geschokt door wat ze me vertelde.’

Volgens zijn tante hadden hun voorouders in slavernij geleefd. ‘Waarschijnlijk op een Amerikaanse plantage.’ Na afschaffing van de slavernij hadden ze zich aanvankelijk in Sierra Leone gevestigd, een land waar in de 19de eeuw veel voormalig tot slaaf gemaakten naartoe werden gestuurd. De achternaam van hun familie – Buckle – was een slavennaam, vertelde zijn tante hem.

Voorouders

Twee jaar lang twijfelde Quarsie wat hij met deze informatie moest. ‘Het voelde heel vreemd. Buckle is een Engels-klinkende achternaam. Maar ik heb niks Engels in mij. Mijn vader is Ghanees, mijn moeder Nederlands. Het is een opgedrongen achternaam.’ En dat, zegt Quarsie, ‘is een pijnlijk besef. Elke keer dat mijn naam werd gezegd, werd ik herinnerd aan een verleden waarin mijn voorouders eigendom waren van Amerikanen.’

Uiteindelijk diende hij eind 2018 een aanvraag in om zijn naam te wijzigen. ‘Ik moest zo’n 850 euro betalen. Destijds studeerde ik nog, dus dat was veel geld.’ Hij moest daarnaast een psychologisch rapport meesturen waaruit bleek dat zijn achternaam zijn mentale gezondheid schaadde. ‘Die kosten kwamen er ook bij. Ik moest psychologische klachten verzinnen om kans te maken op een naamswijziging.’

Bevrijding

Eigenlijk had hij zich ingesteld op een afwijzing. ‘Want het ministerie van Justitie en Veiligheid waarschuwde vooraf dat verreweg het grootste deel van de aanvragen wordt afgewezen. Maar in de zomer van 2019 kreeg ik het bericht dat ik mijn naam mocht wijzigen. Het voelde als een bevrijding.’ Hij koos de achternaam Quarsie, de tweede naam van zijn vader. ‘Die naam wordt in Ghana ook als achternaam gebruikt.’ Bovendien wilde hij daarmee zijn vader eren. ‘Ik had mijn vader nog niks verteld. Hij was best verrast. ‘Nu weet niemand meer dat we familie zijn’, zei hij. Ik heb hem uitgelegd dat je het zo kunt zien, maar dat hij met Quarsie nu bovenaan de stamboom staat.’ Inmiddels vindt zijn vader het een ‘mooie oplossing'.

Wat Quarsie betreft heeft hij nog geluk. ‘Ik kon een naam kiezen die binnen mijn familie betekenis heeft. Maar ik was laatst op een bijeenkomst met veel Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders en zij zitten in dubio. Aan de ene kant hebben ze al generatie op generatie een naam die niet bij hen past, die aan hen is opgedrongen door plantagehouders in de 19de eeuw. Maar aan de andere kant: welke naam zouden ze dan wel moeten kiezen? Zij komen er veel moeilijker uit, want over hun Afrikaanse voorouders is meestal niks bekend is. Toch hoop ik dat meer mensen dit doen, want je zet pas echt de stap naar vrijheid als je je slavennaam van je af hebt geworpen.’